Overgaan en zittenblijven
Definitie
De indicator Overgaan en zittenblijven toont het percentage leerlingen dat zonder vertraging de onderbouw doorloopt (de onderbouwsnelheid) en dat zonder vertraging de bovenbouw doorloopt (het bovenbouwsucces). Op Scholen op de kaart wordt deze indicator getoond bij ‘Hoeveel leerlingen gaan over naar het volgende leerjaar?’ in het hoofdstuk Resultaten.
Toelichting
In deze indicator wordt onderbouw en bovenbouw gehanteerd volgens de terminologie van de Onderwijsinspectie. Let op: dit is een andere indeling dan de reguliere onderbouw en bovenbouw bij de indicator Aanbod. De onderbouw is in dit geval altijd jaar 1 en jaar 2. Dit is ook terug te lezen bij de berekening van deze indicator.
Berekening
Voor deze indicator wordt aangesloten bij het Onderwijsresultatenmodel VO van de Inspectie van het Onderwijs. Het driejaarsgemiddelde van de onderbouwsnelheid per school en het bovenbouwsucces per onderwijssoort zijn twee indicatoren in dit model. Om tot het driejaarsgemiddelde te komen wordt een berekening per schooljaar gemaakt. Vervolgens wordt er een gemiddelde voor drie schooljaren berekend.
Onderbouwsnelheid
Deze inspectie-indicator laat zien hoeveel procent van de leerlingen vanuit leerjaar 1 en leerjaar 2 is doorgestroomd naar een hoger leerjaar. Met onderbouw wordt hier dus bedoeld: leerlingen uit leerjaar 1 en 2.
Bovenbouwsucces
Deze inspectie-indicator laat zien hoeveel procent van de leerlingen hun diploma haalt zonder te blijven zitten. Met bovenbouw wordt hier dus bedoeld: leerlingen vanaf leerjaar 3.
Verschillen met de Inspectie van het Onderwijs
De Inspectie van het Onderwijs berekent de onderbouwsnelheid en het bovenbouwsucces per inspectielocatie. Vensters berekent deze gegevens per Vensters-school. De inspectie hanteert voor het berekenen van de onderbouwsnelheid en bovenbouwsucces het doorstroombestand dat zij geleverd krijgen van DUO. Er kunnen kleine verschillen voorkomen tussen de uitkomsten van de inspectie en de uitkomsten van Vensters, omdat hiervoor verschillende bronbestanden worden gebruikt.
Basisinformatie
Op Scholen op de kaart worden de volgende gegevens getoond:
- Onderbouwsnelheid van de afgelopen drie jaren
- Bovenbouwsucces van de afgelopen drie jaren, per onderwijssoort.
Extra informatie
Op de vergelijkingspagina van Scholen op de kaart worden de volgende gegevens getoond:
- Het driejaarsgemiddelde van de onderbouwsnelheid per school (inclusief inspectienorm)
- Het driejaarsgemiddelde van het bovenbouwsucces per onderwijssoort (inclusief inspectienorm).
ManagementVenster
Meer informatie over de indicator Overgaan en zittenblijven is te vinden in het Managementrapport Interne doorstroom, op school- en bestuursniveau.
In dit rapport staat het driejaarsgemiddelde van de onderbouwsnelheid en het bovenbouwsucces (inspectie-indicatoren). Dit wordt vergeleken met het landelijke gemiddelde en weergegeven in percentielscores. In het hinkelpad vindt u van de afgelopen 3 jaar informatie over het aantal leerlingen die doubleren (blijven zitten), afstromen (naar een 'lagere' onderwijssoort) en opstromen (naar een 'hogere' onderwijssoort).
Het slaagpercentage en het percentage leerlingen dat het diploma hebben gehaald, zoals in het hinkelpad staat weergegeven, kan van elkaar verschillen.
Voor het berekenen van het slaagpercentage worden alle leerlingen meegenomen die in het examenjaar deelnemen aan het centraal examen. Er wordt gekeken hoeveel leerlingen zijn geslaagd of gezakt.
In het rapport worden alle leerlingen meegeteld die in het examenjaar zitten, maar door omstandigheden niet meedoen aan het examen. Het gaat dan bijvoorbeeld om leerlingen die geen examen doen, het examen deels hebben gedaan of extraneus.
Uitzondering
Algemene uitzonderingen zijn:
- Leerlingen die ingeschreven staan op het vso, praktijkonderwijs, ESS of IB worden hierin niet meegenomen.
- Leerlingen die korter dan twee jaar in Nederland zijn, worden hierin niet meegenomen.
- Leerlingen die uitstromen naar het (v)so worden hierin niet meegenomen.
Uitzonderingen specifiek voor onderbouwsnelheid:
- Leerlingen die uit het bekostigd onderwijs stromen tellen niet mee (bijv. door emigratie).
Uitzonderingen specifiek voor bovenbouwsucces:
- Leerlingen die in brugjaar 3 zijn ingeschreven, worden meegerekend bij havo 3.
- Leerlingen die doorstromen naar het praktijkonderwijs of het speciaal onderwijs worden hierin niet meegenomen.
- Leerlingen die emigreren worden als niet-succesvol beschouwd.
- Leerlingen die zijn ingeschreven op het ESS of IB worden hierin niet meegenomen.
- Leerlingen die doorstromen vanuit een niet-examenjaar in het ESS of IB naar een hoger leerjaar wordt succesvol beschouwd, in alle andere gevallen worden deze leerlingen als niet-succesvol beschouwd.
- Leerlingen die vakmanschapsroute of technologieroute (beide vmbo) volgen, worden hierin niet meegenomen.
- Leerlingen die examen doen als extraneus worden hierin niet meegenomen.
- Leerlingen die vanuit vmbo-t, vmbo-k of havo zonder examenuitslag uitstromen naar hoger onderwijs kan Vensters niet identificeren en tellen daarom als leerlingen die uit het vo stromen (niet succesvol).
- Leerlingen die vanuit een doorlopende of geïntegreerde leerroute vmbo-mbo leerjaar 4, 5 of 6 of vanuit vmbo assistentenopleiding (ao) leerjaar 4 uitstromen naar mbo zijn succesvol. Deze groep kan Vensters niet identificeren en tellen daarom als leerlingen die uit het vo stromen (niet succesvol).
- Leerlingen die uitstromen van het vo naar de vavo volgen dezelfde rekenregels (succesvol/niet succesvol) als het regulier vo.
- Leerlingen die zonder examenuitslag naar de vavo gaan, zijn niet succesvol als ze op dezelfde onderwijssoort blijven. Leerlingen die zonder examenuitslag naar volwasseneducatie (ve) uitstromen, worden buiten beschouwing gelaten. Beide groepen kan Vensters niet identificeren en tellen daarom mee als leerlingen die uit het vo stromen (niet succesvol).
- Een extraneus telt niet mee in de berekening van het bovenbouwsucces.
Databron
De gegevens over instellingen zijn afkomstig uit de Basisregistratie Instellingen (BRIN) en het Basisregister Onderwijs (BRON). Vervolgens zijn de gegevens door DUO in een 1CijferVO-bestand verwerkt. DUO verzamelt, beheert en controleert deze gegevens. De 1CijferVO-bestanden worden ieder schooljaar opgemaakt.
Actualisatie
Rond eind december/begin januari ontvangt Vensters van DUO de gegevens voor het berekenen van de interne doorstroom. Hou de Vensters-nieuwsbrief in de gaten voor de exacte datum.
Validiteit en betrouwbaarheid
De instellingen leveren en accorderen de basisregistratiegegevens voor het Basisregister Onderwijs (BRON). Het aanleveren van de leerlingaantallen door de school via BRON is nodig voor de bekostiging van scholen en is voorzien van een verklaring van een accountant. DUO verzamelt, beheert en controleert de gegevens. Daarmee is het uiteindelijke bestand een betrouwbare en valide weergave van het aantal leerlingen van het (door de overheid bekostigde) voortgezet onderwijs in Nederland. Op basis van de jaarlijkse telling van de leerlingaantallen kunnen de doorstroomberekeningen gemaakt worden.